Dat Jappenkamp, dat was een zware tijd
waarover je nooit echt hebt willen praten.
Soms heb je wat details wel losgelaten,
soms wilde je wat anekdotes kwijt.
Ik weet dat jullie niet tezamen zaten,
zes mensen over Java uitgespreid.
En alle zes nog net op tijd bevrijd,
bevrijding die voor and’ren niet mocht baten.
Hoe heb je ze verwerkt, die lange jaren?
Je uitte altijd non-verbaal bezwaren
wanneer ik over dood sprak voor de grap.
Al leerde ik van Rotterdamse doden,
van hongerwinter, Putten en van Joden,
mijn oorlog, dat was Java en de Jap.
13-29 oktober 1998
Mijn dichtcarrière begon als een midlifecrisis. Op mijn 40e besefte ik dat als ik nog dichter wilde worden het nu moest gebeuren.
Tussen mei 1998 en april 1999 heb ik 45 sonnetten geschreven. Natuurlijk niet allemaal even goed, maar er zitten wel een paar fraaie tussen.
Voorgelezen op 4 mei (!) 2015 bij de begrafenis van mijn vader
Dichters-cv
Liefst schrijf ik poëzie met kleine woorden
die niet vermaant en geen taboes doorbreekt
maar alledaags van ’t alledaagse spreekt
een symfonie van simpele akkoorden
Ik heb geen grote opdracht te vervullen
zolang ik maar een mondhoek om zie krullen
© Niels Blomberg, juni 2022Als je mijn gedichten aardig vindt, dan kun je een boekje kopen; klik HIER
Geen opmerkingen:
Een reactie posten